Op zoek naar een lekker makkelijke maar toch decoratieve kamerplant? Je herkent ‘m misschien van winkelcentra of van op kantoor: we stellen je graag voor aan Epipremnum aureum, ook wel drakenklimop genoemd. Zelfs als je geen groene vingers hebt, kun je deze tropische hangplant in leven houden.

Lees verder voor alles wat je moet weten over drakenklimop!

Naam	Drakenklimop, Pothos, Epipremnum, Epipremnum aureum*
Moeilijkheidsgraad	Gemakkelijk
Water	Half laten drogen
Licht	Indirect
Potgrond	Standaard

Drakenklimop beschrijving & natuurlijk habitat

Epipremnum aureum is van nature te vinden op het Frans-Polynesische eiland Moorea. De plant behoort tot de familie van de aronskelken (Araceae) en is een klimmende liaan. Hij wortelt in de grond, maar gebruikt hogere bomen als ondersteuning om meer licht te zoeken.

Voor in huis wordt drakenklimop meestal verkocht als hangplant. De kleine, hartvormige blaadjes groeien aan dunne stengels die erg lang kunnen worden. In het wild ziet de plant er nogal anders uit: hij klimt omhoog en produceert gigantische bladeren op dikke stammen.

Wist je dat? Op bloemen aan je drakenklimop hoef je niet te rekenen. De plant kan bloeien (al zijn de bloemen niet echt spectaculair), maar zelfs in het wild gebeurt dit maar zelden.

Invasieve plant

Epipremnum aureum gedijt goed in elk soort tropisch regenwoud. Hierdoor is de soort helaas enorm invasief geworden. Zo heeft-ie de bossen van Sri Lanka al overgenomen, en is daarnaast aanwezig in bijvoorbeeld Hawaii en Zuid-Afrika.

Mocht je deze post lezen vanaf een tropische lokatie (hoi lezers in de Antillen!), dan overweeg je misschien om drakenklimop in je tuin te kweken. Dat kan prima, maar zorg dan wel dat-ie niet “ontsnapt”! Dit kan schade toebrengen aan het lokale ecosysteem.

Wist je dat? De plant die voor het eerst verzameld werd op Moorea in de 19e eeuw, was groen. De goud gemarmerde variant waar we tegenwoordig allemaal zo gek op zijn werd niet veel later populair. Tegenwoordig zijn er tientallen verschillende kweekvormen.

Drakenklimop licht, temperatuur & luchtvochtigheid

Licht

Drakenklimop staat bekend als een plant die met weinig of zelfs geen licht toe kan. Dit is deels waar, maar onthoud dat alle planten licht nodig hebben. Dit wordt nog wel eens vergeten, waardoor mensen uiteindelijk denken dat ze geen groene vingers hebben als hun kamerplant doodgaat. Te weinig licht zorgt er ook voor dat je al snel teveel water geeft.

Volle zon is een beetje overdreven voor een tropische soort als deze, maar het beste resultaat krijg je toch echt als je je drakenklimop naast een raam zet of hangt. Dat zorgt ervoor dat de plant lekker snel groeit en een mooi, “vol” uiterlijk houdt. Dit geldt vooral voor bonte varianten, want die kunnen hun mooie gemarmerde witte kleur verliezen als ze te donker staan.

Mocht je nou toch op zoek zijn naar een plant voor een wat donkerder hoekje, kijk dan of je Epipremnum aureum ‘Jade’ kan vinden. Deze is volledig groen en daardoor wat vergevingsgezinder wat betreft licht.

Temperatuur

Het fijne aan tropische kamerplanten zoals drakenklimop is dat ze van dezelfde temperaturen houden als wij. Kamertemperatuur is helemaal prima voor je Epipremnum, al is een stuk warmer ook geen probleem.

Zelf hebben wij onze drakenklimop regelmatig blootgesteld aan temperaturen rond de 15 °C of zelfs ietsje lager. Onder de 10 °C zouden we echter niet aanraden, dan kan de plant het echt moeilijk krijgen. Sowieso stoppen ze met groeien zodra het wat frisser wordt.

Luchtvochtigheid

Het natuurlijke habitat van onze tropische planten is vaak enorm vochtig, met een luchtvochtigheid tot wel 99%. Daarom vindt een drakenklimop het ook fijn als je huis niet al te droog is. Echter is de soort niet zo veeleisend als sommige andere kamerplanten.

Als je van kamerplanten houdt, is het een goed idee om een goedkoop luchtvochtigheidsmetertje aan te schaffen. Deze kosten rond de €10 (of zelfs minder!) en geven je de mogelijkheid om te checken of de luchtvochtigheid adequaat is voor je planten (en voor jou).

Mocht de luchtvochtigheid regelmatig onder de 40% vallen, is het misschien handig om een luchtbevochtiger te gebruiken. Ook kun je planten dichtbij elkaar zetten om een soort “mini-jungle” te creëeren.

Drakenklimop potgrond, oppotten & mosstok

Potgrond

Drakenklimop is niet moeilijk wat betreft potgrond. Een rijk mengsel met goede drainage is het beste, bijvoorbeeld 75% potgrond voor kamerplanten en 25% perliet. Maar goed… we hebben de onze zelf ook wel eens in lage kwaliteit standaard potgrond gezet, en dat maakte eigenlijk ook niet uit!

Oppotten

De enige eis die een Epipremnum stelt aan z’n pot is dat er een gat in de onderkant zit. Deze soort houdt zoals de meeste kamerplanten namelijk écht niet van natte voeten: staand water kan tot wortelrot leiden.

Het soort pot hangt er vooral vanaf of je je drakenklimop als hangplant wilt kweken of niet. Ze kunnen er enorm mooi uitzien in een hangende pot, maar je kunt ze ook aan een mosstok vastmaken om te klimmen.

Je verpot je drakenklimop liefst elke twee jaar in de lente in verse grond. Als-ie te weinig ruimte heeft, kun je één of twee potmaten omhoog gaan.

Mosstok of geen mosstok?!

Dilemma! Het feit dat drakenklimop een klimplant is maakt ‘m erg veelzijdig. De soort ziet er in een hangpot totaal anders uit dan als je ‘m op een mosstok laat klimmen, dus het hangt aan jou af hoe je ‘m het liefste kweekt.

Je opties zijn:

• Epipremnum als hangplant. De stengels kunnen enorm lang worden en een soort “waterval”-effect creëeren. De bladeren blijven klein.
• Epipremnum op muur of gaas. Voor een lekker “urban jungle” gevoel hebben wij één van onze drakenklimop planten bijvoorbeeld vastgemaakt op een mooie rotan kast.
• Epipremnum met mosstok. Dit is voor je plant de meest natuurlijke optie. Als je ‘m vastmaakt aan een mosstok, dan klimmen de stengels omhoog. De bladeren worden steeds groter, waardoor de uiteindelijke look totaal anders is.

Drakenklimop water geven

Nog een fijne eigenschap van drakenklimop is dat deze plant niet al teveel water nodig heeft. Als je neigt naar teveel water geven, zul je moeten proberen om je in te houden!

We kunnen je niet precies vertellen hoe vaak je je kamerplanten water moet geven. Dat hangt namelijk af van omstandigheden zoals het seizoen, licht, temperatuur, potgrond en meer. Je zult het dus zelf moeten uitvogelen, maar gelukkig is dit niet al te moeilijk.

Het beste is om de potgrond van je drakenklimop ongeveer halverwege te laten uitdrogen (iets minder in de zomer, iets meer in de winter). Om erachter te komen of het al tijd is, steek je gewoon een vinger in de pot. Als de grond droog aanvoelt, kun je de plant een slokje geven. Als de grond droog is en de bladeren slap hangen, dan heb je te lang gewacht.

Onze Epipremnums die in donkerdere hoekjes staan geven we soms maar één keer per maand water!

Plantenvoeding voor drakenklimop

Je drakenklimop heeft niet veel plantenvoeding nodig om goed te groeien, maar een beetje wordt wel op prijs gesteld. In de lente, zomer en vroege herfst, wanneer er nieuwe bladeren worden geproduceerd, kun je één of twee keer per maand een beetje vloeibare kamerplantenvoeding gebruiken.

Geef geen plantenvoeding in de winter of als je Epipremnum het niet goed doet. Dan kan de overtollige plantenvoeding namelijk de wortels beschadigen.

Drakenklimop stekken & snoeien

Planten met lange stengels stekken is meestal lekker makkelijk, en dit is geen uitzondering. Je kunt gemakkelijk een stuk van je drakenklimop afknippen om te stekken. Geen zorgen om de onthoofde stengel, want die groeit gewoon verder vanaf een ander groeipunt.

De enige vereiste is dat er een oog (bruin bobbeltje) op het stekje zit. Hier groeien namelijk bladeren of wortels uit. Een paar bladeren zijn handig voor effectieve fotosynthese.

Drakenklimop hoeft meestal niet gesnoeid te worden, tenzij de stengels er wat te wild uit beginnen te zien voor je smaak. In dat geval kun je dus gewoon snoeien wanneer je wilt en de snoeisels stekken in water. Vervolgens pot je ze gemakkelijk apart op, of steek je ze terug in de pot van de moederplant om haar een vollere look te geven.

Als je meer wilt weten over drakenklimop stekken, neem dan een kijkje naar de volledige Epipremnum stekgids.

Soorten drakenklimop

Yep, zoals gezegd heeft de selectieve kweek ervoor gezorgd dat er tegenwoordig tientallen varianten van drakenklimop bestaan. Deze hebben verschillende kleuren, bladvormen en zelfs texturen. Het verzamelen van de verschillende varianten kan lichtelijk verslavend zijn!

In je lokale tuincentrum kun je bijvoorbeeld de volgende Epipremnums tegenkomen:

• Epipremnum aureum ‘Golden Pothos’: De klassieker met groen-goud gemarmerde bladeren.
• Epipremnum aureum ‘Jade’: Volledig donkergroene bladeren.
• Epipremnum aureum ‘Neon’: Lichtgroene, bijna gelige bladeren.
• Epipremnum aureum ‘N’Joy’: Dunne, kleine blaadjes met patronen in groen en crème. Blijft wat kleiner.
• Epipremnum aureum ‘Marble Queen’: Lichtgroene bladeren met crèmekleurige spikkels.

Tip: Verwar Epipremnum aureum niet met Scindapsus pictus. De namen worden vaak door elkaar gebruikt en ze lijken ook behoorlijk op elkaar, maar Scindapsus is toch echt niet dezelfde plant.

Is drakenklimop giftig voor katten en honden?

Technisch gezien, ja. Het sap van aronskelken bevat calciumoxalaat, scherpe microscopische kristallen die irritatie kunnen veroorzaken. In de praktijk is het allemaal niet zo’n ramp.

Mocht je viervoeter (of tweevoeter) een hapje van je drakenklimop nemen, is er meestal niet zoveel aan de hand. Bied wat water aan en houd een oogje in het zeil voor zwelling.

---

Als je meer wilt weten over drakenklimop of als je je eigen ervaringen met deze lekker makkelijke kamerplant wilt delen, laat dan hieronder een comment achter!